Koninklijke Besluiten gepubliceerd in maart en april 2023

In maart en april 2023: een schaars KB waarin de Kroon de verzochte onteigening afwijst vanwege gebrek urgentie. Verder aandacht voor noodzaak onteigening bij een beheer- on onderhoudsstrook en natuurlijk voor het minnelijk overleg. Een beroep op zelfrealisatie van een “dramatisch slecht plan” slaagt tot slot (niet geheel onverwacht) niet.

In maart en april zijn zes KB’s gepubliceerd:

  1. Besluit van 20 maart 2023, nr. 2023000576 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeenten West Betuwe en Gorinchem krachtens artikel 62 van de onteigeningswet (onteigening voor de gedeelten 1 tot en met 8 van de versterking van de dijk in het traject Gorinchem – Waardenburg (GoWa), met bijkomende werken in de gemeenten West Betuwe en Gorinchem);
  2. Besluit van 6 maart 2023, nr. 2023000457 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeente Vught krachtens artikel 72a van de onteigeningswet (onteigening voor de realisatie van het project PHS Meteren-Boxtel, met bijkomende werken in de gemeente Vught);
  3. Besluit van 22 februari 2023, nr. 2023000422 tot afwijzing van het verzoek tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeenten Sittard-Geleen en Echt-Susteren krachtens artikel 78 van de onteigeningswet (onteigeningsplan VDL Nedcar);
  4. Besluit van 16 februari 2023, nr. 2023000275 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeente Midden-Delfland krachtens artikel 78 van de onteigeningswet (onteigeningsplan Centrumplan den Hoorn);
  5. Besluit van 10 februari 2023, nr. 2023000244 tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening in de gemeente Molenlanden krachtens artikel 72a van de onteigeningswet (onteigening voor een nieuwe aansluiting op de rijksweg A27 (aansluiting Scheiwijk), alsmede voor de aanleg van een nieuwe verbindingsweg vanaf deze aansluiting tot aan de grens van de gemeenten Molenlanden en Gorinchem, met bijkomende werken in de gemeente);
  6. Besluit van 10 februari 2023, nr. 2023000280 tot aanwijzing van een onroerende zaak ter onteigening in de gemeente Harderwijk krachtens artikel 78 van de onteigeningswet (onteigeningsplan Onteigening Begraafplaats Elzenhof Uitbreiding).

Tegen de (ontwerp)besluiten genummerd 5 en 6 zijn geen zienswijzen ingediend.

Onteigening ten behoeve van uitbreiding VDL Nedcar?

Verzoek afgewezen wegens vertraging aanvang werkzaamheden

Provinciale Staten van Limburg hebben de Kroon op 1 oktober 2021 verzocht gronden ter onteigening aan te wijzen voor de uitvoering van het inpassingsplan Uitbreiding VDL Nedcar. Voor de beoogde uitbreiding van VDL is uitbreiding van het provinciaal wegennet nodig. De verzochte onteigening ziet hierop.

De Kroon wijst echter het verzoek van de provincie af en licht dit als volgt toe. Ten tijde van indiening van het verzoek was weliswaar aannemelijk dat tijdig een aanvang zou worden genomen met de aanleg van de nieuwe weg, maar op de hoorzitting van 2 november 2022 werd echter duidelijk dat de planning vertraging heeft opgelopen. De provincie had in de anterieure overeenkomst met VDL Nedcar een “go / no go moment” opgenomen, voorzien in oktober 2022, gelijktijdig met de gunningsbeslissing in de aanbestedingsprocedure voor de aanpassingen aan de provinciale infrastructuur.

Ten tijde van de hoorzitting was de uitbreiding van VDL Nedcar evenwel nog steeds niet zeker. Daarmee stond ook nog niet vast of de aanpassing van provinciale weg onvoorwaardelijk doorgang zou vinden. De Kroon concludeerde dat bij deze stand van zaken niet langer aannemelijk is dat binnen 5 jaar na het besluit kan worden gestart met de werkzaamheden. Hiermee is de verzochte onteigening niet langer urgent en wordt het verzoek afgewezen.

Dijkversterking GoWa

Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Rivierenland heeft de Kroon verzocht gronden ter onteigening aan te wijzen in de gemeenten West Betuwe en Gorinchem in verband met versterking van de dijk tussen Gorinchem en Waardenburg (GoWa). Tegen het ontwerp-KB zijn drie zienswijzen ingediend.

Minnelijk overleg over alternatieven

In dit KB onderschrijft de Kroon opnieuw dat het feit dat het minnelijk overleg in de voorfase niet heeft geleid tot overeenstemming, niet maakt dat het minnelijk overleg niet serieus is geweest. Reclamanten hadden een alternatief voorgesteld. Het waterschap heeft dit alternatief onderzocht en hierover minnelijk overleg gevoerd onder de voorwaarde dat met álle betrokken partijen overeenstemming wordt bereikt over dit alternatief en over de bijbehorende schadeloosstelling.

Dit alternatief heeft ook niet tot volledige overeenstemming geleid, omdat partijen het niet eens werden over de hoogte van de schadeloosstelling. De Kroon achtte het voldoende aannemelijk dat dat het minnelijk overleg niet tijdig tot overeenstemming zou leiden. Daarmee mocht verzoeker de administratieve onteigeningsprocedure opstarten.

Miscommunicatie kosten juridische bijstand

Reclamanten betogen dat zij onjuist zijn voorgelicht door verzoeker omtrent het recht op juridische bijstand. De Kroon vindt dat sprake is geweest van een miscommunicatie over de kosten die reclamanten hebben gemaakt in de planologische procedure. Dat betoog is financieel van aard en ligt daarom niet ter beoordeling voor aan de Kroon. Dit komt bij het ontbreken van minnelijke overeenstemming aan de orde in het kader van de gerechtelijke onteigeningsprocedure.

Onteigening beheer- on onderhoudsstroken noodzakelijk?

Reclamanten voeren verder nog aan dat het overleg dat met hen gevoerd is, niet redelijk zou zijn omdat hun verzoek om een zakelijk recht te vestigen op de beheerstroken in plaats van onteigening niet is ingewilligd. De Kroon verwijst naar uitspraken van de Afdeling waarin is geoordeeld dat het beleid van het waterschap, dat uitgaat van verwerving in eigendom, zo nodig door onteigening, van beheer- en onderhoudsstroken geenszins onredelijk is. De dijk en de beheerstrook zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Eigendom van de beheerstrook is noodzakelijk voor het doelmatig in stand houden, beheren en onderhouden van de dijk. Ook acht de Kroon van belang de zekerheid dat de beheerstrook geheel obstakelvrij is en blijft, zodat de strook permanent, zowel bij regulier onderhoud als bij calamiteiten, over de volle lengte en breedte toegankelijk blijft voor de nodige vervoermiddelen, materialen en werktuigen. Een zakelijk recht biedt daarvoor volgens zowel het waterschap als de Kroon onvoldoende waarborg.

PHS Meteren-Boxtel te Vught

Onherroepelijk Tracébesluit niet vereist

ProRail verzoekt de Kroon gronden ter onteigening aan te wijzen voor de aanleg van een nieuwe spoorbaan. Reclamanten wijzen erop dat het Tracébesluit nog niet onherroepelijk is en betogen dat rekening moet worden gehouden met vernietiging. Zij vinden dat daarom in het onteigeningsbesluit moet worden opgenomen dat dit besluit komt te vervallen indien het Tracébesluit niet onherroepelijk wordt voor 1 januari 2024.

De Kroon wijst erop dat voor het starten van de administratieve onteigeningsprocedure op grond van artikel 72a van de onteigeningswet het Tracébesluit niet onherroepelijk hoeft te zijn. Voor de start van de procedure geldt in het algemeen, dat een aanvang moet zijn genomen met de planologische inpassing van het werk waarvoor onteigening wordt verzocht. Hierbij geldt voor de procedure op grond van de Tracéwet, dat er ten minste sprake moet zijn van een in ontwerp ter inzage gelegd tracébesluit, waarbij belanghebbenden bovendien de mogelijkheid moeten hebben gehad tot het naar voren brengen van zienswijzen van planologische aard in de planologische procedure voorafgaand aan of ten minste gelijktijdig met de mogelijkheid tot het naar voren brengen van zienswijzen in het kader van de administratieve onteigeningsprocedure. Daaraan is in dit geval voldaan. Ten tijde van de start van de onteigeningsprocedure was het Tracébesluit vastgesteld.

Voor zover reclamanten betogen dat in het onteigeningsbesluit moet worden bepaald dat dit komt te vervallen indien het Tracébesluit niet onherroepelijk wordt voor 1 januari 2024, oordeelt de Kroon dat een dergelijke ontbindende voorwaarde in een onteigening op grond van titel IIa van de onteigeningswet volgens bestendig beleid niet wordt gesteld.

Centrumplan den Hoorn

Zelfrealisatie van een “dramatisch slecht plan”

Reclamanten bij dit KB hadden zich op zelfrealisatie beroepen, maar dat ging allemaal niet van harte. Tijdens het minnelijk overleg hebben zij meermaals aangegeven liever hun eigen plan te willen realiseren, namelijk het bouwen van appartementen, in plaats van de beoogde grondgebonden woningen. Bovendien vinden de reclamanten het plan van verzoeker dramatisch slecht, maar als het zou moeten, kunnen ze het realiseren, ook al is het kennelijk financieel niet haalbaar. Dit laatste hadden reclamanten in een andere civiele procedure tegen de gemeente omtrent opheffing van erfdienstbaarheden naar voren gebracht.

Vanwege het voorgaande en gezien de beperkte grondpositie van reclamanten (een poging tot grondruil in het minnelijk overleg slaagde niet) staat volgens de Kroon vast dat er een noodzaak tot onteigening is voor de uitvoering van het bestemmingsplan. Het is bij deze stand van zaken niet aannemelijk dat reclamanten bereid en in staat zijn het plan conform de door de gemeente gewenste vorm van uitvoering zelf te realiseren.

MEER LEZEN OVER GEPUBLICEERDE KB’S?

Koninklijke Besluiten gepubliceerd in januari en februari 2023

Meer weten?

Deze bijdrage is geschreven door Carola van Andel en Macy Groenendaal. Voor meer informatie over inzet van het onteigeningsinstrument, de onteigeningsprocedure, minnelijk overleg of andere vragen over grondverwerving kunt u contact opnemen met Carola van Andel, onteigeningsadvocaat, (t: +31 (0)6 13 00 45 93 of e: carola.vanandel@nysingh.nl) of een andere specialist van ons Team Grondzaken.