Archief van de maand: juli, 2019

- gedoogplicht / schadeloosstelling / waardevermindering

Volledige schadeloosstelling bij gedoogplicht BP omvat ook planschade

Jessica de Roos
Bij oplegging van een gedoogplicht op grond van de Belemmeringenwet Privaatrecht (BP) moet de schade die door de aanleg en instandhouding van het werk wordt geleden volledig worden vergoed. De Hoge Raad beslist in zijn arrest van 21 juni 2019 dat ook planschade onder deze volledige schadeloosstelling valt en schept met dit arrest duidelijkheid over de verhouding tussen schadeloosstelling op grond van de BP en planschadevergoeding op grond van artikel 6.1 e.v. Wro. De Hoge Raad vernietigt hiermee het (opmerkelijke) arrest van het gerechtshof Den Haag van 23 januari 2018, waarover Jessica de Roos eerder al kritisch schreef op dit blog.
- 61 Ow / ontijdige aanvang

Geen schadeloosstelling ondanks te late uitvoering

Bas ten Kate
Met het arrest van de Hoge Raad van 17 mei 2019 lijkt artikel 61 Ow aan betekenis te hebben ingeboet. Vanwege het arrest uit 2011 lijkt een recht op teruglevering niet te bestaan wanneer het werk alsnog (maar te laat) is uitgevoerd of wanneer vast staat dat dit nog zal gebeuren. Een recht op een aanvullende schadeloosstelling lijkt blijkens dit nieuwe arrest alleen te bestaan wanneer er boven de reeds uitgekeerde schadeloosstelling extra schade is ondervonden. Bij geringe termijnoverschrijdingen zal dit vaak moeilijk aangetoond kunnen worden.